18 oktober 2024
Onze favoriete alternatieven voor wol
- COSH! Leden Publiciteit
- Productie
In een vorig artikel vertelden we je al meer over lyocell, de kunstmatige vezel afkomstig van eucalyptushout. Deze duurzame textielvezel is volledig biologisch afbreekbaar en hierdoor vaak aanwezig in collecties van duurzame kledingmerken. Toch brengen de eucalyptusbossen in Europa verschillende uitdagingen met zich mee. De uitheemse Eucalyptusbomen zorgen namelijk voor een verminderde biodiversiteit en zijn bovendien heel vatbaar voor brand.
Maar bestaat er een duurzamere variant en wat is het verschil tussen Lyocell en Tencel? De grootste producent van Lyocell, Lenzing AG is als bedrijf gecertificeerd door FSC en PEFC. Deze organisaties beschermen het milieu en controleren de duurzaamheid van de bossen.
Zie jij het bos door de bomen niet meer en ben je op zoek naar duidelijkheid over de verschillende bosbeheer certificaten? Dan ben je hier aan het juiste adres!
TENCEL™ is een merk van de firma Lenzing die een soort lyocell produceert. Deze producent controleert de volledige toeleveringsketen waardoor je de authenticiteit kan traceren van vezel tot afgewerkt kledingstuk.
Lenzing garandeert dat het hout dat gebruikt worden voor het maken van TENCEL, afkomstig is uit gecertificeerde en duurzaam beheerde bossen. Daarnaast heeft Lenzing ook richtlijnen opgesteld voor hout- en pulp leveranciers. Hiermee onderscheidt Lenzing zich van andere producenten van lyocell, die deze garantie niet altijd bieden.
Bijna al het hout waar pulp van wordt gemaakt, komt uit hetzelfde land of uit een buurland waar de pulpproductie plaatsvindt. Zo hoeven de grondstoffen niet ver getransporteerd te worden. Of de toeleveringsketen van bijvoorbeeld een Tencel blouse kort blijft, hangt natuurlijk af van waar de kleding uiteindelijk gestikt wordt.
Het meeste hout en houtpulp komt nu uit Centraal-Europa, voornamelijk uit de pulpfabrieken in Oostenrijk en Tsjechië maar ook in Zuid-Afrika en Noord-Amerika worden bomen gekapt en tot pulp vermalen voor Tencel.
Alhoewel de Lenzing groep meerdere fabrieken heeft in Europa, maken ze een deel van hun Tencel buiten dat continent. Of de productie van Tencel dan zoveel beter is op vlak van chemicaliën in vergelijking met lyocell, kunnen we niet met zekerheid zeggen. Lyocell dat geproduceerd wordt in Europa is namelijk ook onderhevig aan strenge regels van de Europese Unie.
Lenzing liet COSH! weten dat ze absoluut geen eucalyptus uit droge gebieden zoals Portugal of Spanje verkrijgen. Het bedrijf erkent namelijk dat er een probleem is met het grondwaterverbruik van eucalyptusbomen, toch zijn ze van mening dat de bomen water efficiënter gebruiken dan andere gecultiveerde planten. Ze hebben eucalyptus- en acaciaplantages in Zuid-Afrika en omdat die bomen veel water nodig hebben, wordt het gebied hier steeds droger. Wij vragen ons af waarom ze hier toch eucalyptus planten.
Lenzing kocht daarnaast ook 70.000 hectare land in Brazilië om hier FSC-gecertificeerde eucalyptusplantages en pulpfabrieken te realiseren voor Tencelproductie. Een van de duurzaamheidsdoelstellingen van het bedrijf is om tegen 2030, 15.000 hectare van dit gebied te conserveren bij hun nieuwe pulpfabriek in Brazilië. Ook wil de firma oude en bedreigde bossen beschermen door deze niet te gebruiken om Tencel te maken. Ze geven prioriteit aan innovatie van andere cellulose bronnen, waaronder textielrecycling om het hout zo efficiënt mogelijk in te zetten.
Het bedrijf Lenzing heeft een DDS (Due Diligence System) voor houtinkoop en daardoor is hout van dit bedrijf 100% traceerbaar tot het bos van oorsprong. Zo kun je zeker zijn dat het hout van duurzame bronnen komt ongeacht de certificatie.
Alle Tencel producten dragen een FSC of PEFC keurmerk, zijn milieuvriendelijk verklaard door het EU Ecolabel en zijn gecertificeerd als Biobased materiaal door de USDA (United States Department of Agriculture). Daarnaast maakt Lenzing de Lyocell vezels in een gesloten productieproces, houtpulp wordt omgezet in cellulosevezels met een hoge grondstoffenefficiëntie en een lage ecologische impact. Het solvent-spinproces recycleert het gebruikte water en hergebruikt meer dan 99% van het oplosmiddel.
FSC-certificering voor bosbeheer garandeert dat het bos beheert wordt op een duurzame manier. Dit wil zeggen dat de biodiversiteit er zo veel mogelijk in stand gehouden wordt. Ook houdt het certificaat rekening met de plaatselijke bevolking en de werknemers. FSC heeft 3 soorten certificeringen: FSC 100%, FSC Recycled, FSC Mix.
Producten met dit label zijn gemaakt van een mix van materialen uit FSC-gecertificeerde bossen, gerecycleerde materialen, en/of FSC-gecontroleerd hout. Hoewel gecontroleerd hout niet afkomstig is uit FSC-gecertificeerde bossen, vermindert het het risico dat het materiaal afkomstig is van onverantwoorde bronnen.
PEFC, het Programme for the Endorsement of Forest Certification, heeft ook verschillende soorten certificaten die ze verstrekken voor lyocell. Meer over de certificeringen van Lenzing AG, eigenaar van het merk Tencel, dat onder andere viscose, lyocell en modal produceert, mee werkt lees je hier onder.
PEFC Chain of Custody volgt de bos- en boomproducten van de duurzame bronnen tot aan het eindproduct. Daarnaast bevat deze standaard management vereisten, bijvoorbeeld op het gebied van gezondheid, veiligheid en arbeidskwesties.
Volgens PEFC Spanje zal de productie van textielvezels uit bossen tot 2025 met ongeveer 8% per jaar toenemen, ze zien hier een groot potentieel in, vooral ter vervanging van synthetische vezels.
Ence, één van de grootste bedrijven in Spanje die eucalyptus cellulose produceren, produceren jaarlijks een volume van 685.000 ton met hout uit lokale bossen. Ze hebben een investeringsplan tot 2023 voor de productie van textielvezels zoals viscose en lyocell.
De keurmerken FSC en PEFC zorgen ervoor dat bossen in stand worden gehouden door ze op duurzame wijze te beheren. Dat betekent dat het leefgebied van planten en dieren in de bossen wordt beschermd en de rechten van mensen die er in de buurt wonen ongeschonden blijven. Ook lopen de duurzaam beheerde bossen minder risico om gekapt te worden om bijvoorbeeld plaats te maken voor palmolie- of sojaplantages en mijnbouw.
De keurmerken kunnen helaas geen garantie bieden dat er geen bosbranden meer zullen plaatsvinden in de bossen. Dit is natuurlijk ook lastig op een planeet die door de klimaatverandering steeds extremere temperaturen kent. De kans dat een bos vlammen vat is sterk afhankelijk van de houtsoorten die in het bos te vinden zijn en de temperaturen in het bos. Duurzame boscertificaten kunnen hierdoor helaas geen waterdichte oplossing bieden voor de bosbranden.
Toch heb je als je voor Tencel kiest in plaats van lyocell iets minder kans dat je kleding verband houdt met zware bosbranden. Dit omdat de fabrikant van Tencel zegt geen hout te winnen uit te droge gebieden waar een hoge kans is op bosbranden en Eucalyptus een negatief effect heeft op het milieu.
Lees ook:
Zijn lyocell stoffen een duurzame oplossing voor de modesector?
Welke innovatieve viscose vezels zijn reeds op de markt?
Welke impact heeft katoen op mens en milieu?
Hoe duurzaam en diervriendelijk is wol?