29 oktober 2024
Is jouw website toegankelijk? Binnenkort is het verplicht!
- Diversiteit
Wist je dat Nederland vanaf 2023 regels invoert voor een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV)? Op die manier wil de overheid hergebruik van kleding stimuleren en minder verspilling en vervuiling creëren. Dat is nodig want de kledingindustrie is enorm vervuilend en de gemiddelde Europeaan neemt afscheid van ongeveer 11 kilo textiel per jaar.
De UPV luidt een nieuw en circulair tijdperk in voor textiel. Kledingproducenten, importeurs en webshops worden zelf verantwoordelijk voor inzameling, verwerking en recycling van afgedankt textiel. Op die manier zal er een stuk minder textiel op de afvalberg belanden en kan de circulaire cirkel gesloten worden.
Roosmarie Ruigrok en Thomas van den Zande van internationaal project Reflow, organiseerden een livecast in samenwerking met Pakhuis de Zwijger, “Textielberg zoekt eigenaar”. Hierin werd aangehaald dat slechts 1% van het ingezamelde textiel gerecycled wordt tot nieuwe textielproducten. Doelstelling van de Nederlandse uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV) is dat dit percentage in 2030 naar 20% stijgt.
Annet Feenstra, Peter Koppert, Femke den Hartog, Marten Boels, Maarten van Renssen, Janine Röling en Caroline Poot vertelden in de livecast van Pakhuis de Zwijger over hun ervaringen met hoe merken en bedrijven in Nederland nu al bezig zijn met hun plek in een circulaire toekomst.
Femke den Hartog, Senior Beleidsadviseur INretail sprak in Pakhuis de Zwijger en zegt dat het belangrijk is dat de sector samenwerkt. “We moeten bekijken wat er gebeurt met ingezameld textiel en de uitdaging collectief aangaan. Vooraan het proces moeten gerecyclede vezels gebruikt worden voor nieuwe kleding en achteraf moeten we zorgen dat steeds meer textiel hergebruikt of gerecycled wordt.”
Innovaties zoals recyclagetechnieken zijn essentieel in deze overgang. “Als je een ijskast koopt betaal je ontmantelingskosten, voor textiel zouden we dat ook willen. Een kleine bijdrage per textielstuk om innovatie en sortering te bekostigen.” Den Hartog zegt dat deze bijdrage niet zal leiden tot extreme prijstoenames. “Denk eerder in centen dan in euro’s.”
Daarnaast wijst den Hartog op een mentaliteitsverandering bij de consument. “Als mensen anders naar textiel gaan kijken, het langer dragen en bereid zijn het te (laten) repareren, wordt de afvalberg sowieso kleiner.”
COSH! tip: Wist je dat de gemeente Amsterdam een actie heeft waarbij je korting krijgt bij verschillende kleermakers als je in bezit bent van de Stadspas? Hiermee krijgen mensen met een laag inkomen de kans om hun kleding te laten repareren. Lees meer over dit mooie initiatief via deze link.
Wat kunnen we verwachten als we gaan shoppen in de winkels? Den Hartog: “Meer aandacht voor materialen, kwaliteit en levensduur van kleding en tweedehands items tussen de nieuwe collecties.” COSH! tip: Er zijn al winkels die een tweedehands aanbod hebben naast hun aanbod van nieuwe kleding. Kijk zeker eens bij The Collection One, met eigen handpicked vintage, Tally-Ho met een aanbod van Serendipity Vintage Dreamer in Amsterdam en de Seventy One winkels in België.
Ook H&M experimenteert kleinschalig (in vergelijking met de grote productie van deze kledingwinkelketen) met resale. Annet Feenstra is sustainability manager bij H&M. In hun winkel aan de Amsterdamse Kalverstraat startte H&M met het verhuren, repareren en personaliseren van kleding en in Amsterdam-Noord met een tweedehands concept.
Feenstra merkt dat steeds meer consumenten vertrouwd raken met circulaire initiatieven zoals kleding verkopen en swappen. “Ik hoop dat mensen het (emotionele) waardegevoel van kleding terug krijgen. Als je die waarde erkent, ben je ook meer bereid om te investeren in reparaties.”
H&M is een groot bedrijf. “Daarom kunnen we een doorbraak forceren, maar ook wij kunnen het niet alleen. We hebben behoefte aan een Europese UPV, het is lastig als elk land een andere wetgeving en doelstellingen heeft.”
H&M ziet de noodzaak om een volledig circulaire levenscyclus te creëren. Beginnend met de designfase. “Hier worden al keuzes gemaakt die impact hebben op de vervuiling en recyclebaarheid.” Feenstra zegt dat recyclagetechnieken verbeterd en opgeschaald moeten worden alsook geïnvesteerd moet worden in innovatieve materialen.
COSH! note: we hopen dat H&M zijn beloftes nakomt, het circulaire werk voortzet en deze gepaard gaan met leefbare lonen.
Caroline Poot is CSR-manager van JOG Group. Met de denim-deal willen zij de hoeveelheid gerecycled katoen in denim verhogen. Ze lanceren hun meest duurzame jeans tot nu, met 20% post-consumer gerecycled katoen.
Post-consumer gerecycled betekent dat het katoen al eens eerder gedragen of gebruikt is door de consument. “Een hoger percentage dan 20% gerecycled katoen gebruiken is lastig omdat het sneller slijt en de stof ruwer aanvoelt.” Om de jeans ook na gebruik weer recyclebaar te maken mengen ze het gerecyclede katoen met nieuw katoen en vervangen ze de spijkertjes door borduringen en laseren ze de labels. “Voor inzameling hebben we Drop & Loop boxen in de winkels staan, zij recyclen alles inhouse met Wolkat.”
Janine Röling is onderzoeker bij milieuorganisatie Recycling Netwerk Benelux en vindt dat de nieuwe regelgeving een potentiële gamechanger is, maar de overheid moet zorgen voor een goede handhaving en een andere rol voor producentenorganisaties. Deze organisaties maken afspraken met onder andere inzamelaars en recyclagebedrijven om de UPV succesvol uit te voeren in kader van het milieubeleid.
Röling: “En daar zit juist het probleem, we zien vaak dat producentenorganisaties naast uitvoerende en maatschappelijke rol ook een sturende rol hebben en invloed uitoefenen op de overheid. Dat is kwalijk omdat we bij andere sectoren hebben gezien dat ze het milieubeleid kunnen tegenwerken.”
Op basis van die bevindingen beveelt Röling aan om onderzoek naar doelstellingen en governance uit te laten voeren door de overheid. “Om tot een goede regulatie van de UPV te komen, kunnen ze bijvoorbeeld een onafhankelijke klankbordgroep oprichten. Als er vanaf het begin een representatieve afweging wordt gemaakt kan het milieubeleid optimaal worden uitgevoerd.”
Peter Koppert is sustainability & innovation manager voor ondernemersorganisatie Modint, hij bereidt zijn achterban voor op de nieuwe UPV. “We willen de UPV een boost geven en richten een producentenorganisatie op om te overleggen met verschillende stakeholders, voor een realistisch maar ambitieus plan. Het zou geweldig zijn als de circulaire revolutie start in Amsterdam.”
Koppert zegt dat er een betere verbinding moet komen tussen de afvalberg en recycling. “Er zit een einde aan het leven van kleding. Langer dan 5 tot 10 jaar is kleding doorgaans niet draagbaar. Daarom is recycling een belangrijke schakel.”
Als een bedrijf kan aantonen dat ze gerecyclede content hebben gebruikt, moet dat beloond worden, zegt Koppert. “Als je deel uitmaakt van de oplossing, moeten daar heffingskortingen aan verbonden zijn. In Frankrijk hebben ze zo’n systeem al tien jaar.”
Volgens Koppert moet de UPV niet te lokaal gezien worden en moet het vooral Nederlands en Europees uitgerold worden. “Lokale initiatieven zijn de stepping stones. Door het grootschalig aan te pakken, kunnen we het meeste afval vermijden.”
Maarten Renssen is salesmanager bij inzamel- en sorteerbedrijf Boer Group en houdt zich bezig met het verbeteren van textielinzameling en dat er zo min mogelijk textiel bij het restafval belandt. “We hebben Fashion to Fiber opgezet om retailers te helpen met kleding inzamelen.”
“Textiel wordt ingezameld en gesorteerd op wat herdraagbaar en wat recyclebaar is. Dat deel van het proces moet in Nederland gebeuren. Wat er met de kleding gebeurt moet transparant gecommuniceerd worden naar de retailers of klanten. Bijvoorbeeld dat 80% van het kledingstuk gerecycled en gebruikt is voor een bepaald product.”
Om die transparantie te realiseren is een voorwaarde verbonden, zegt Renssen. “Als we massaal bij de gemeente inzamelen, gaat het niet, we hebben inzamelpunten nodig.”
Boer Group krijgt ondersteuning van de Amsterdamse gemeente. “Amsterdam is op gebied van circulair textiel een belangrijk punt in Nederland en Europa. Er is hier veel economische activiteit.” Renssen hoopt dat de Amsterdamse duurzame koplopers van nu, positief ondersteund worden in de UPV. “We moeten onderzoek doen naar garens om steeds meer gerecyclede content te kunnen gebruiken, daar is tijd en geld voor nodig.”
De meeste impact kunnen we volgens Renssen maken door de UPV eerst uit te rollen met werkkleding. “Om het systeem betaalbaar te maken is opschalen belangrijk.”
Marten Boels werkt binnen de MRA aan de circulaire economie als grondstoffenregisseur. Hij houdt zich bezig met het ontwikkelen en stimuleren van circulariteit voor grondstoffen in de metropoolregio Amsterdam.
“We zouden allemaal transparantie in de textielketen willen hebben maar het is lastig om dat te bereiken. Met aanbesteding van de gemeente Amsterdam krijgen we grip op wat er in de textielbakken zit en wat we ermee kunnen doen. We willen weten waar het textiel heengaat wanneer het is ingezameld.”
Wetgeving rondom de UPV is onderweg, op nationaal en Europees niveau. Als je meer wilt weten over de Nederlandse uitgebreide producentenverantwoordelijkheid en het daarvoor uitgetekende stappenplan, lees dan deze blog.
Er zijn al modeondernemers die zelf een stuk verantwoordelijkheid nemen voor het ‘eindeleven’ van hun product. Zij hebben bijvoorbeeld een reparatieservice of terugnameservice om de kleding een nieuw leven te geven.
Andere initiatieven die het leven van de kleding verlengen zijn kleding bibliotheken zoals LENA Library, lokale tweedehands initiatieven zoals de Swapshop en de weggeefwinkel New Life West en merken die upcyclen zoals The Archivist.
Vind meer circulaire winkels in Amsterdam via onze shopping gids en ontdek hier de kleermakers waar je korting krijgt met de Amsterdamse Stadspas.
Wil je de hele livecast van Reflow in samenwerking met Pakhuis de Zwijger terugkijken? Klik dan hier.