4 juli 2024
Is jouw website toegankelijk? Binnenkort is het verplicht!
- Diversiteit
Op 23 februari 2022 heeft de Europese Commissie eindelijk een richtlijn voorgesteld over de due dilligence van bedrijven. Het doel: het reguleren van kwalijke praktijken voor werknemers, de bevolking en het milieu in de toeleveringsketen.
Deze richtlijn is belangrijk en ook noodzakelijk, omdat werknemers tegenwoordig aan veel risico’s worden blootgesteld op de productielijnen van bedrijven in Europa, of het nu gaat om brand, intoxicatie of moderne slavernij.
Het is dan ook dringend noodzakelijk dat deze bedrijven hun verantwoordelijkheid niet langer afschuiven op hun onderaannemers en dat de getroffen personen zich tot de verantwoordelijken kunnen wenden en een schadevergoeding kunnen krijgen.
In afwachting van de goedkeuring van deze richtlijn hebben wij met de hulp van Eurofins de belangrijkste problemen in kaart gebracht en 7 instrumenten ontwikkeld waarmee bedrijven de risico’s op hun productielijnen kunnen opsporen en aanpakken.
In 2016 meldde de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) dat wereldwijd 40,3 miljoen mensen verwikkeld zijn in een of andere vorm van dwangarbeid. 5 op de 1000 mensen worden door deze misstand getroffen. 1 op de 4 slachtoffers is een kind. 71% van hen zijn vrouwen of meisjes. Risico’s in de toeleveringsketen kunnen het gevolg zijn van externe factoren, zoals politieke conflicten of natuurrampen. Het spreekt voor zich dat de toeleveringsketen niet los staat van de sociale, politieke en economische context die haar omringt.
Maar hoe zit het met de mode-industrie, waar de risico’s van moderne slavernij groot zijn?
Om deze vragen te beantwoorden deelden Athiya Khatri, Compliance Audit Expert en Randy Rankin, Director of Global Client Development, Noord-Amerika, twee webinars georganiseerd door Eurofins, een onderzoekslaboratorium dat analytische en ondersteunende diensten levert aan de farmaceutische, voedingsmiddelen‑, milieu‑, agro-wetenschappelijke en consumentengoederenindustrie, alsmede aan overheden om de bescherming van mens en milieu te vergemakkelijken. Het bedrijf heeft ook twee nieuwe projecten ontwikkeld, genaamd: “Bestrijding van moderne slavernij in Europese toeleveringsketens” en “Beheer van ESG-gerelateerde regelgevingsrisico’s in toeleveringsketens”.
De kleren die wij dragen kunnen helaas gemaakt zijn door moderne slaven. Wat is moderne slavernij? Volgens het Verdrag betreffende dwangarbeid van 1930 (nr. 29) is moderne slavernij: “alle arbeid of dienst welke onder bedreiging met een straf van iemand wordt gevergd en waartoe deze persoon zich niet vrijwillig heeft aangeboden”. Het is dus de verplichting om tegen zijn wil te werken.
Moderne slavernij neemt vele vormen aan:
Kinderarbeid
Dienstbaarheid
Chantage
Mensenhandel:
Slavernij
Gedwongen huwelijk
Toeëigening door schuld
Moderne slavernij komt voor in vele industrieën, zoals de mijnbouw, de landbouw of de elektronica, maar in de mode-industrie komen al deze industrieën samen bij het maken van een kledingstuk. Bovendien is de industrie historisch gezien gebaseerd op slavernij. Deze industrie is ontstaan door de katoenteelt en de slavenhandel en steunt ook vandaag nog op moderne dwangarbeid. “Zonder slavernij zou de huidige mode-industrie niet bestaan,” legt Aja Barber uit, een schrijfster, styliste en consultant op het gebied van intersectionaliteit en milieuverantwoordelijkheid. Dit is het geval voor fast fashion, het systeem vertrouwt op gratis of goedkope arbeid om goederen te produceren tegen ongelooflijk lage prijzen. Van het oogsten van grondstoffen tot de productie, van het verpakken tot het leveren van goederen, moderne slavernij kan in alle stadia van de toeleveringsketen voorkomen.
Naast moderne slavernij zijn er nog tal van andere risico’s die zich in de toeleveringsketen van de textielindustrie kunnen voordoen. Deze risico’s zijn afhankelijk van het te vervaardigen voorwerp, de locatie van de fabriek of de staatscontext (d.w.z. de bereidheid van de staat om zijn werknemers en zijn bevolking te beschermen). Bij de productie van spijkerbroeken zijn er trouwens meer risico’s voor mens en milieu. Niet-biologisch katoen wordt met chemicaliën behandeld, bij het verven met indigo worden wilde dieren bedreigd en de zandstraaltechniek om het kleurverloop te verkrijgen is uiterst gevaarlijk voor de arbeider. Het is ook belangrijk te kijken naar deze andere elementen: of de werknemers schulden hebben, of er sprake is van misleiding van hun positie, of ze buitensporig veel overuren maken en of er sprake is van lichamelijk of geestelijk geweld. Ook de arbeidsomstandigheden geven enig inzicht.
Vrouwen en meisjes worden helaas meer getroffen door deze risico’s, met name door moderne slavernij. Dit geldt in sommige regio’s ook voor mensen met een donkere huidskleur. Sommige risico’s kunnen te wijten zijn aan het feit dat de overheid niet optreedt: dat is de reden waarom Europese bedrijven ervoor kiezen hun arbeidskrachten naar het globale Zuiden over te brengen. Een fabriek in België zal haar werknemers eerder respecteren dan een fabriek in Bangladesh. Sommige landen streven naar een zekere bescherming van de werknemers en sommige bedrijven maken misbruik van deze ongelijkheid. Europese bedrijven kiezen ervoor zich in Azië of Afrika te vestigen omdat regels inzake arbeidsrechten er bijna niet bestaan of niet worden gerespecteerd. Zowel in het Zuiden als in het Noorden zijn veel schandalen uitgebroken. Het Engelse merk Boohoo (2 miljard euro omzet) dat fabrieken bezit in Faisalabad in Pakistan heeft zijn werknemers bijvoorbeeld gedwongen te werken tijdens de lockdown, zelfs als zij positief testten op Covid-19. Ook in Europa zetten sommige bedrijven migranten of vluchtelingenstromen in als arbeidskrachten. Volgens de anti-slavernij liefdadigheidsinstelling Hope of Justice, waarover Sky News nogmaals berichtte over Boohoo, bleek uit een onderzoek dat mannelijke en vrouwelijke werknemers in Leicester 3,86 euro per uur betaald kregen, ver onder het minimumloon. “Moderne slavernij is niet iets dat alleen op andere plaatsen gebeurt en waar we niet bij stil mogen staan.” Clare Press, duurzaamheidsredacteur van Vogue magazine en de gastvrouw van de Wardrobe Crisis podcast.
Wat kunnen bedrijven doen? Hoe kunnen ze risico’s in de toeleveringsketen beheren?
Aan de hand van de twee webinars die Eurofins heeft gegeven, kunnen bedrijven 7 instrumenten gebruiken om hun risico’s in de toeleveringsketen te identificeren en te beperken.
Volgens Athiya Khatri en Randy Rankin moeten bedrijven in staat zijn rekening te houden met de technische, sociale, milieu- en veiligheidsrisico’s in hun toeleveringsketen.
Wees op de hoogte van nationale en internationale wetten
Beide deskundigen raden ondernemingen aan om zich te verdiepen in interne wetgeving om deze na te leven. Anders zouden zij het risico lopen om kosten te moeten betalen voor het niet naleven van de wetgeving. Gelukkig bestaan er veel wetten over dit onderwerp. In het Verenigd Koninkrijk is er de Modern slavery act, in de Verenigde Staten is er de California Transparency in Supply Chains Act van 2010 en in Frankrijk de Franse Duty of Vigilance Law.
Zoals eerder gezegd, hebben sommige staten echter niet de wil of de middelen om hun bevolking en werknemers te beschermen. Sommige bedrijven maken gebruik van deze situatie in een land dat de wetgeving niet heeft bekrachtigd.
2. Inzicht hebben in de toeleveringsketen
Het is belangrijk te weten te komen waar het product vandaan komt, hoe het wordt vervaardigd, verpakt en gedistribueerd. Daartoe is het noodzakelijk nauwe banden te onderhouden met de producenten, fabrikanten en distributeurs ervan. De transparantie moet worden gemaximaliseerd. Dit is moeilijk te bereiken wanneer er verschillende onderaannemers zijn. Een korte toeleveringsketen bevordert de transparantie.
3. Een ethische code opstellen
Een goed idee is het aannemen van een ethische code. Een ethische code is een tekst waarin de waarden en beginselen van een onderneming zijn vastgelegd om de snelheid en doeltreffendheid van haar optreden te beoordelen. Er bestaan veel codes: ze stellen normen die het strikte minimum zijn. Het is mogelijk een ethische code op te stellen voor personeelswerving of voor het op de markt brengen van een ethisch verantwoord product. U kunt ook een vereniging van maatschappelijk verantwoorde ondernemingen oprichten. Het is van fundamenteel belang te weten of de geformaliseerde verbintenissen daadwerkelijk worden nagekomen.
4. Opleiding van werknemers
Bedrijven moeten managers en werknemers opleiden, zodat zij zelf risico’s kunnen opsporen. In het geval van moderne slavernij bijvoorbeeld, zou een opleiding om het te herkennen en vervolgens te weten welke acties te ondernemen, kansen misbruik beperken.
5. Financiële middelen verstrekken
Er moeten specifieke middelen worden vrijgemaakt voor risico-identificatie. Bijvoorbeeld door het creëren van een functie.
6. Een risicobeoordeling uitvoeren
Een risicobeoordeling is een grondige inspectie van een site om te bepalen of er factoren zijn die schade kunnen berokkenen aan mens of milieu. Zodra de risico’s zijn vastgesteld, is het belangrijk zo snel mogelijk maatregelen te nemen om het gevaar te voorkomen. Tijdens een risicobeoordeling zijn de resultaten zeer nauwkeurig. Het is mogelijk om een beoordeling uit te voeren op een deel van uw keten, bijvoorbeeld op het deel dat zich in China of Pakistan bevindt. Hierdoor is een effectieve due diligence mogelijk.
7. Een audit uitvoeren
Een audit is een doorlichting van het management en de werking van een onderneming of van de diensten die zij verleent. Dit instrument werd in het leven geroepen dankzij de anti-sweatshopbeweging van de jaren ’90. Er bestaan verschillende soorten audits: de sociale audit controleert de sociale praktijken, de financiële audit controleert de financiële uitgaven en de interne audit is een onderzoek dat door het bedrijf zelf wordt uitgevoerd over zijn beheer.
Randy biedt bedrijven de mogelijkheid om audits uit te voeren met betrekking tot de sociale naleving, de veiligheid, de techniek of het milieu. “Wij identificeren risico’s zoals kinderarbeid en een hoge CO2-voetafdruk. Volgens Eurofins levert de risicobeoordeling weliswaar meer informatie op dan de audit, maar vullen de twee elkaar aan. De interne audit stelt je in staat om jezelf te controleren en te zien wat werkt en wat niet. Het is ook mogelijk een derde partij te vragen een audit uit te voeren. Er is een reële markt voor: SA 8000, FLA, ETI, BSCI, ICS. Auditing is echter geen wondermiddel: “De dodelijke brand bij Ali Enterprises in Pakistan is een tragisch voorbeeld van wat er op het spel staat: een auditbedrijf had een duidelijk onveilige kledingfabriek gecertificeerd slechts enkele weken voor de brand waarbij meer dan 250 mensen omkwamen, en de families van de slachtoffers vechten nu bijna tien jaar later nog steeds voor gerechtigheid”, aldus Neva Nahtigal van de Schone Kleren Campagne.
Bovendien kan dit instrument een bron van spanning zijn. Door dit middel te gebruiken, brengt een fabriek haar bevoorrading “in gevaar”. Het is moeilijk voor bedrijven om hun relaties systematisch te verbreken. Wat de sociale audit betreft: het is niet zinvol de arbeidsomstandigheden door een externe organisatie te laten evalueren, het zou voldoende zijn de werknemers te ondervragen.
The Human Rights and Environmental Due Diligence Directive verplicht bedrijven met meer dan 500 werknemers om schade aan mensen, de planeet en hun productieketen te voorkomen en te beperken. “Voor het eerst in de EU zullen moeder- en hoofdbedrijven aansprakelijk zijn voor schade die wordt veroorzaakt door hun dochterondernemingen en door hun directe en indirecte leveranciers”
De zorgplicht houdt in dat ondernemingen de nodige maatregelen moeten nemen om de mensenrechten, de sociale rechten en het milieu te beschermen. Dit betreft hun activiteit, maar ook die van hun dochterondernemingen, leveranciers en onderaannemers. Bedrijven hebben dus twee verplichtingen: de plicht om waakzaam te blijven ten aanzien van risico’s en de plicht om op te treden en maatregelen te nemen wanneer het risico zich voordoet: “de nodige due diligence toepassen en de veroorzaakte schade te herstellen (zorgplicht)”.
Jill McArdle, hoofd van de Corporate Accountability Campaign bij Friends of the Earth Europe vertelt over de gevolgen van deze richtlijn: “Hoewel dit wetsvoorstel eindelijk erkent dat bedrijven verantwoordelijk zijn voor hun onderaannemingen, geeft het mensen die het slachtoffer zijn van misstanden binnen bedrijven niet de mogelijkheid om de daders aan te klagen. Voor sommige organisaties gaat deze richtlijn niet ver genoeg. De voorgestelde richtlijn biedt geen oplossing voor de vele juridische obstakels die slachtoffers de toegang tot rechtsmiddelen belemmeren: onevenredige bewijslast, hoge kosten van procedures, enz.”
Volgens aankoopramingen, die gebaseerd zijn op een lopend onderzoek naar de Belgische textielsector: “zouden slechts 11 Belgische ondernemingen in de sector onder het toepassingsgebied van de richtlijn vallen. Een dergelijk beperkt toepassingsgebied ondermijnt het werkelijke doel van de voorgestelde richtlijn en brengt het risico met zich mee dat incidenten in de waardeketens niet kunnen worden voorkomen”. “Ondernemingen met meer dan 250 werknemers en een netto-omzet van meer dan 40 miljoen euro en indien ten minste de helft van hun omzet afkomstig is uit een risicosector”, zullen ook worden getroffen en dus mogelijk de textielindustrie.
Volgens EURACTIV zal deze richtlijn echter slechts 1% van de bedrijven in de EU treffen. De richtlijn zal minder effectief zijn dan de Franse wet, alleen bedrijven met meer dan 500 werknemers zullen eronder vallen: “kleine en middelgrote ondernemingen, waartoe ook micro-ondernemingen behoren en die samen ongeveer 99% van alle bedrijven in de Unie uitmaken, zullen niet aan de due diligence worden onderworpen.” NGO’s en verenigingen hadden graag een bredere en meer doeltreffende overweging gezien, maar dit is nog maar het begin.
4 juli 2024
17 juni 2024
23 mei 2024