9 december 2025
Niki de Schryver van COSH!: Fast fashion ondermijnt circulaire stad
- Greenwashing
- Nieuws / Pers
Tijdens raadsvergadering van 3 december debatteerde Arnhem over twee historische voorstellen die het straatbeeld eerlijker moeten maken: een reclameverbod voor fossiele brandstoffen, vlees & vis én een verbod op fast fashion reclame.
Arnhem heeft de ambitie om in 2050 volledig circulair te zijn. Uit de Circulariteitsscan Arnhem blijkt dat 83% van de CO₂-uitstoot van de stad voortkomt uit materiaalgebruik, waarvan textiel een van de grootste veroorzakers is. Fast fashion, kleding die gemiddeld slechts twee tot zeven keer gedragen wordt, staat haaks op die ambitie.
Groen, creatief en vrij, dat zijn de woorden die Arnhem typeren. Fast fashion is het tegenovergestelde. Door reclame voor fast fashion te weren, laat Arnhem zien dat we onze waarden écht menen. Modeontwerper Mirte Engelhard
COSH! roept op tot eerlijke, gezonde publieke ruimte
Ook Niki de Schryver, founder van COSH! en vertegenwoordiger van meer dan 800 duurzame ondernemers in de Benelux en Duitsland, sprak de gemeenteraad toe:
Arnhem investeert zwaar in afvalreductie, hergebruik en duurzame winkelstraten. Maar zolang fast fashion reclame door de stad rondgepompt is, is dat dweilen met de kraan open. Niki De Schryver, founder COSH!
Volgens De Schryver is een reclameverbod geen symbolisch gebaar, maar een logische stap in lijn met Europese wetgeving.
De nieuwe European Sustainable Product Regulation (ESPR) verplicht modebedrijven om in te zetten op een lange levensduur van kleding en hergebruik te garanderen. Fast fashionbedrijven voldoen daar structureel niet aan. Een reclameverbod anticipeert op wat Europa straks verplicht stelt.
COSH! wees erop dat ultrafast-fashionplatforms zoals Shein en Temu regelmatig Europese normen overtreden op het vlak van chemische stoffen en kinderveiligheid.
75% van de door de douane en consumentenbond gecontroleerde producten van ultra fast fashion spelers die binnenkomen, bevatten extreen hoge waarden van kankerverwekkende stoffen, zware metalen en giftige verfstoffen. Gemeenten hebben de plicht om hun burgers te beschermen tegen zulke risico’s. Een reclameverbod is dus ook een maatregel voor volksgezondheid, Niki De Schryver, founder COSH!
Tijdens het debat benadrukte COSH! dat lokale duurzame ondernemers de ruggengraat vormen van een leefbare, aantrekkelijke stad.
“Zij betalen hier belastingen, creëren lokale werkgelegenheid en versterken het straatbeeld. Fast fashionketens doen dat niet — zij laten enkel de maatschappelijke kosten achter.”
Het Arnhemse college van B&W onderschrijft die redenering in haar raadsbrief van 25 november 2025, waarin het positief adviseert over het fast fashion reclameverbod en voorstelt om “één meetbaar instrument te hanteren, zoals de COSH! Brand Index of Good On You, om bedrijven op duurzaamheid te toetsen.”
1. Wat valt onder ‘reclame in de publieke ruimte’?
Dat zijn betaalde advertenties in bushokjes, op trams, bussen, billboards, schermen en andere plekken die voor iedereen zichtbaar zijn. Reclame op het eigen terrein van een winkel valt hier niet onder.
Reclame in de publieke ruimte verwijst naar advertentieruimtes die voor iedereen zichtbaar zijn in het straatbeeld en waar je ook niet omheen kan zoals::
Wat valt er niet onder?
Reclame die bedrijven op hun eigen terrein, in hun eigen gebouw of in hun etalage voeren. Elke stad of gemeente heeft bovendien eigen regels voor winkel reclame en gevel uitingen.
Daarnaast zijn er publieke advertentie plaatsen die door externe partijen worden verhuurd, zoals Clear Channel, JCDecaux, OOH-digital screens, en in sommige steden ook GCDO-schermen of lokale exploitanten. Deze plaatsen worden vooral gebruikt door kapitaalkrachtige bedrijven om grote doelgroepen te bereiken.
Marketing in de publieke ruimte heeft één doel: gedrag beïnvloeden. Je ‘nudged’ mensen richting een actie, meestal het kopen van een product of dienst. Dat maakt de vraag welke boodschappen we toestaan in ons collectief gedeelde domein een legitieme politieke discussie.
2. Gaat dit over bedrijven of over producten?
Tijdens de raadsvergadering op 3 december werden experts uitgenodigd om te spreken over twee voorstellen:
Tijdens deze discussie ontstond een belangrijk inzicht:
Het zijn dus twee totaal verschillende vormen van regulering.
Voor voeding zou een bedrijf dat zowel minder duurzame als duurzamere producten verkoopt, bijvoorbeeld wél reclame kunnen maken voor een plantaardig alternatief. Het verbod werkt daar productspecifiek en sluit ‑volgens het voorstel- geen multinationals uit, ondanks die wel tot ongezond gedrag aanzetten door het eten van ultrabewerkt voedsel aanzetten.
Maar voor mode werkt dat principe nauwelijks:
Een fast fashion speler zou dan bijvoorbeeld haar “bio-katoenen jurk” mogen adverteren of die ene cradle-to-cradle gecertificeerde broek (terwijl het merk 1000den anderen producten op de markt brengt. In theorie klinkt dat redelijk, maar in praktijk creëert het nieuwe problemen:
Daarom werkt een productbenadering in deze sector niet.
Bij mode is het bedrijfsmodel ‑extreem hoge volumes, extreem lage prijzen en extreem korte draagtijden— wat schadelijk is voor milieu, afvalketens en lokale economie. De oplossing in de modesector is minder kopen, en langer met kwalitatieve producten doorgaan om zo het materiaalgebruik te verminderen.
In de voedingssector kan men reclame beperken per product (bijvoorbeeld rood vlees), maar in mode ligt dat complexer. Fast fashion verwijst naar een bedrijfsmodel dat inzet op overconsumptie, lage prijzen en extreem snelle collecties. Een verbod richt zich dus eerder op zulke bedrijven dan op één kledingstuk.
3. Betekent dit dat duurzame mode wel mag adverteren?
Ja, mits een merk transparant is over zijn keten en voldoet aan duurzaamheidscriteria. Tools zoals de COSH! Brand Index bieden een objectieve beoordeling op zeven impact thema’s: milieu, mensenrechten, dierenwelzijn, circulariteit, korte keten, transparantie en lokale verankering.
4. Als fast fashion niet meer mag? Wie gaat dan betalen voor de advertentieruimte?
Je zou kapitaalkrachtige bedrijven zoals banken of verzekeraars ‑die ook adverteren- kunnen toelaten volgens een pay-it-forward principe. Een uitgestelde koffie systeem. Inbegrepen in de prijs die zij betalen, zit advertentie plaatsen voor een duurzame lokale pionier wiens omzet minder dan X bedraagt en wie daarom anders nooit toegang zou hebben tot de publieke advertentieruimte. Dit kunnen al dan niet klanten van deze organisaties zijn en/of zonder connectie zijn. Grootbanken hebben om helemaal andere redenen er alle baat bij om woord bij daad te voegen en écht duurzame initiatieven te ondersteunen. Deze advertentie ruimte delen kan een té gekke wedstrijd en/of PR campagne aan zich worden.
Anderzijds zijn er nog tal van internationale én Nederlandse modebedrijven die dankzij hun duurzamere aanpak en het reeds inzetten van de transitie én in lijn met de ESPR-wetgeving opereren wél zouden mogen adverteren. To name a few: Zeeman, King Louie, Falke allemaal grote bedrijven, die verkopen in lokale winkels in de stad.
Je kan evengoed reisorganisaties blijven toelaten, maar bijvoorbeeld hen enkel laten verleiden met duurzame alternatieven? Weekendje weg in eigen land? City trips met de trein. Ook daar heb je hotelkamers voor nodig.
5. Te overwegen aanvullende criteria
Een logische aanvullende eis die gemeenten zouden kunnen stellen en die het lokaal shoppingbeleid ten goede zou moeten komen, is dat een merk of winkel ten minste een fysiek verkooppunt in Arnhem moet hebben om in de publieke ruimte te adverteren.
Dat beschermt tegen:
Zelfs bij een platform als Zalando geldt: hoewel zij een breed assortiment voeren, stimuleert hun businessmodel hoge retourpercentages (en overbelasting van pakketdiensten), lage prijzen en voortdurende consumptie; iets wat zowel de afvalstromen als de CO₂-impact van mode enorm verhoogt.
Een lokaal-verkooppunt criterium zou ook fast fashion actoren niet uitsluiten puur op basis van “duurzame claims”, maar wél de druk op lokale detailhandel verminderen.
6. Waarom zou een verbod op reclame in publieke ruimte een verschil maken?
Reclame beïnvloedt gedrag. Ze ‘nudged’ mensen richting snelle aankopen. Door reclame te sturen naar duurzame alternatieven die inzetten op minder materiaal gebruik zoals huren, delen, repareren en het berekenen van je cost per wear*, wordt ander gedrag gestimuleerd: minder, beter en lokaler kopen.
Opgelet, misleidende reclame mag niet. Bedrijven zouden dus niet mogen de gemiddelde prijs per 30 draagbeurten mogen rekenen bijvoorbeeld. Net omdat we weten dat door agressieve marketing dat aantal draagbeurten aanzienlijk minder is.
7. Gaan advertentiebudgetten dan niet gewoon naar online verleggen?
Eén van de argumenten tegen een verbod op fast fashion en vlees- en vis reclame verboden op publieke ruimte is dat scholieren waarden en duurzaamheidslessen meekrijgen om school en/of thuis. Maar zodra zij over straat lopen ze sowieso overstelpt worden met reclame in bushokjes, trams, die het aangeleerde op school tegenspreken.
Zou bij een verbod het advertentiebudget van die bedrijven dan niet naar online verleggen?
Mogelijk wel. Maar we zitten in een algemene transitie voor smartphone gebruik bij jongeren.
Steeds meer landen voeren smartphone verboden in op school om concentratie, leerprestaties en welzijn van leerlingen te beschermen. Vlaanderen legde in 2025 een verregaand verbod op voor basisscholen én secundair onderwijs, Nederland heeft vergelijkbare regels op veel scholen en internationaal volgen landen zoals Frankrijk, Italië, China, Singapore (vanaf 2026) en Chili hetzelfde pad. Deze maatregelen gelden vooral tijdens de schooluren, soms de volledige schooldag, en gaan uit van het principe dat smartphones alleen worden gebruikt wanneer ze aantoonbaar bijdragen aan het leren. Onderzoek toont dat deze verboden vooral de schoolomgeving veiliger en rustiger maken, al verminderen ze het totale smartphonegebruik van jongeren niet significant.
Een daadwerkelijk leeftijdsgebonden verbod op sociale media bestaat slechts in enkele landen in ontwikkeling of als wetsvoorstel: zo onderzoekt Australië een verbod voor jongeren onder 16 en Frankrijk overweegt restricties onder 15 jaar. In België en Nederland bestaat geen wettelijk social-mediaverbod, maar experts pleiten wel regelmatig voor een grens van 16 jaar vanwege mentale gezondheidsrisico’s, online druk en verslaving. Wereldwijd blijft het reguleringskader grotendeels beperkt tot platform regels die een minimumleeftijd van 13 jaar hanteren (zoals TikTok, Instagram, Snapchat), maar deze zijn voorlopig nog makkelijk te omzeilen. Daardoor is er internationaal een groeiend debat over strengere handhaving, leeftijdsverificatie en wettelijke ingrepen om jongeren beter te beschermen.
Kortom, ook hier is een evolutie gaande. Maar dit kan geen reden zijn om nu al maatregelen voor het verbod op reclame in publieke ruimte tegen te houden.
8. Waarom zou de COSH! Index een goede methodiek zijn?
COSH! Werkt reeds samen met Gemeente Arnhem en Gemeente Amsterdam. Tal van Nederlandse bedrijven, waaronder lokale pioniers, kregen reeds een COSH! Brand index.
Het voorstel voor het verbod op fast fashion reclame in de publieke ruimte kwam echter van Murielle Simonis van GroenLinks met steun van de Partij van de Dieren en Volt COSH! werd pas vlak voor het inspreken op de Gemeente raad betrokken en ondersteund het voorstel vanzelfsprekend, maar was niet de aanjager.
9. Kan een stad dit lokaal regelen?
Ja. Gemeenten hebben via de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) het recht om regels te stellen over wat in de openbare ruimte wordt getoond. Arnhem kiest zo om een nationale ambitie, circulair en klimaatneutraal, ook op lokaal niveau zichtbaar te maken. Het heeft hier als Gemeente én als Modestad wel de kans om internationaal een punt te maken en een voorbeeld functie te creeëren.
“Met deze maatregel laat Arnhem zien wat lokaal leiderschap betekent,” besluit De Schryver.
“Een stad kan niet wachten tot Europa alles regelt, ze kan nú kiezen voor eerlijke communicatie in de publieke ruimte. Dat is geen beperking, dat is bescherming: van burgers, van ondernemers en van onze toekomst.”
COSH! is een digitaal platform dat consumenten, steden en ondernemers verbindt in de transitie naar een transparante en circulaire modesector.
Met de COSH! Brand Index worden merken beoordeeld op zeven impactthema’s, van milieu tot arbeidsrechten.
De COSH! Digital Wardrobe helpt consumenten hun garderobe te verduurzamen via inzicht in cost per wear en bewuste outfitplanning.
COSH! is actief in België, Nederland en Duitsland en werkt samen met steden als Gent, Mechelen, Amsterdam en Arnhem om duurzame winkelsteden te versterken.
9 december 2025
9 december 2025
9 december 2025